Uit de praktijk | Banale infecties?

1202469_46378934

We zijn een groot deel van onze tijd bezig met “banale” zaken.

De kunst is om uit al die dagdagelijkse en tijdelijk vervelende maar ongevaarlijke toestanden, de ernstige tijdig uit te vissen.

 

Zondagmiddag, een gesprek met een paar vriendinnen. De ene is patiënte bij de andere, die net als ik huisarts is. “Ja”, lacht ze , “als ik met onze Thomas bij Veerle ga, is de diagnose toch altijd dezelfde : ‘een virale infectie’, toch wel makkelijk hoor, huisarts zijn…” Ze zegt het lachend en ik weet dat ze dat laatste niet echt meent en dat ze het volste vertrouwen heeft in Veerle, maar het is een opmerking die we als huisarts regelmatig krijgen…

We hebben vaak geen “echte diagnose” en zijn een groot deel van onze tijd bezig met “banale” zaken, o.a. "banale infecties". De kunst is om uit al die dagdagelijkse en tijdelijk vervelende maar ongevaarlijke toestanden, de ernstige tijdig uit te vissen. Niet altijd eenvoudig en het is vaak balanceren op een slappe koord. Het evenwicht zoeken tussen niets over het hoofd te zien, maar tegelijkertijd ook niet t. snel gealarmeerd te raken, ik blijf dat dag in dag uit d. uitdaging van huisartsgeneeskunde vinden.

Een tijdje terug belde mijn zus op de consultatie. Boris, haar oudste zoon van 6 jaar, was ziek teruggekomen van school, en ze vroeg of ik nog ergens de mogelijkheid zag om hem die dag te onderzoeken. Ik was net met een patiënt bezig, maar had daarna toevallig een afspraak die was weggevallen, waardoor ik voorstelde dat ze er aanstonds mee zou komen.

Ze kwam binnen met Boris, die meteen over de stoel ging neerliggen. Ik zei, half lachend, “Maar Boris toch, zo flauw, precies alsof je gaat doodgaan”, waarop ik hem op mijn schoot nam om hem wat op te vrolijken en ik begon met het klinisch onderzoek. Mijn zus vertelde intussen dat de juf gezegd had dat hij zich in de loop van de namiddag niet lekker voelde en met zijn hoofd op de bank had gelegen, maar veel anders had ze niet opgemerkt en zelf kon ze er nog niet veel over zeggen want ze was hem net gaan ophalen. Ik legde hem op mijn onderzoekstafel, trok zijn T-shirt omhoog en schrok mij haast een ongeluk. De helft van zijn buik stond vol petechieën! (kleine puntvormige huidbloedinkjes). Ik checkte de vlekken snel nog even, om zeker te zijn dat ik mij niet vergiste, maar inderdaad, ze waren paarsachtig en niet wegdrukbaar. “Nee toch”, schoot het door mijn hoofd, “toch geen meningitis…” Ik onderzocht hem snel verder, hij had lichte koorts maar was niet nekstijf. Ik legde mijn zus uit dat ze onmiddellijk met hem naar het ziekenhuis moest om dit verder na te kijken.

Toen ze op de spoedgevallen aangekomen waren, stond hij helemaal vol petechieën, en nog vooraleer Boris goed besefte wat er allemaal aan het gebeuren was, was er al bloed geprikt, was een eerste dosis antibiotica gegeven en een ruggenmergpunctie uitgevoerd. Vandaar werd hij naar de Intensieve Zorgen overgebracht, waar ze hem nauwlettend konden observeren, want de toestand mocht nu niet verslechteren. Een paar uur later bracht men het nieuws dat de punctie geruststellend was en hij dus geen meningitis had, maar dat ze vermoedden dat hij een meningokokkemie had (meningokokken in de bloedbaan).

De meningokok is een zeer agressieve bacterie die, eens in de bloedbaan verzeild geraakt , erg veel schade kan aanrichten, onder andere een meningitis. Door de hoge dosis antibiotica, hoopte men de infectie tijdig onder controle te krijgen. Gelukkig bleek dit inderdaad het geval en heeft men de infectie kunnen bedwingen en kwamen we er allemaal met de schrik vanaf.

Al bleef het toch wel even nazinderen, zowel de angst gevoeld te hebben mijn neefje te verliezen, als het besef dat het een dubbeltje op zijn kant was. Als er niet toevallig een patiënt was weggevallen, zou ik hem misschien pas een paar uur later gezien hebben en zouden de gevolgen misschien veel erger geweest zijn… en zou ik later met veel pijn mijn eigen woorden “Maar Boris toch, je bent toch niet aan het doodgaan” steeds opnieuw horen in mijn hoofd…

 

Wij worden soms overstelpt met oproepen voor kinderen die niet goed zijn, koorts hebben, niet willen eten… en in het grootste deel van de gevallen zijn het inderdaad dingen die gerust een paar uur kunnen wachten, maar af en toe zit er iets heel verraderlijks tussen …

Een heel andere casus. Een patiënte die ik goed ken, komt bij mij langs omdat ze sinds verschillende weken tintelingen ervaart in haar rechter arm en been. Ze is achterin de 40, heeft een chronische darmziekte die momenteel goed onder controle is, en stelt verder geen problemen.

Ze heeft die tintelingen al geruime tijd, maar ze komen en gaan en aanvankelijk maakte ze er zich niet zo ongerust over. Maar eergisteren had ze een busreis gemaakt en had ze er toch wel merkelijk meer last van gehad, waardoor ze toch een afspraak had gemaakt met mij. Ze had nu meer en meer de indruk dat die tintelingen verband hielden met het bewegen van haar nek. Nu is dat iets wat wij wel meer horen, nekklachten van allerlei origine geven regelmatig uitstraling in de arm, maar zij beschreef mij dat, telkens ze haar nek naar voor boog, ze een slapend gevoel kreeg in haar rechter arm .n been en dat was toch wel ongewoon. Ik peil uitgebreid verder naar andere klachten, maar kom niet veel andere opmerkelijke dingen te weten, behalve dat ze soms wat meer moeite heeft om dichtbij alles scherp te zien.

Ik herhaal het onderzoek van haar oogbewegingen een paar keer, omdat ik toch een kleine afwijking meen op te merken. Merkwaardig is, wanneer ik haar hoofd vooroverbuig, ze meteen zegt: “nu voel ik het weer, in mijn arm en in dat been”.

Ik bespreek met haar dat ik niet weet wat er juist aan de hand is, maar dat ik toch graag zo snel mogelijk verder onderzoek zou willen laten doen. Ik bel meteen naar de neuroloog om de situatie uit te leggen. Net als ik, denkt hij o.a. aan Multiple Sclerose als mogelijke oorzaak. We spreken af dat hij haar een paar dagen later op consultatie zal zien en dat we ook een NMR van haar hersenen zullen plannen. Nadat ik de telefoon heb neergelegd, besluit ik toch nog even wat bloed bij te nemen, om een paar infectieuze oorzaken uit te sluiten. Ik kruis Borrelia aan op het aanvraag-formulier voor het laboratorium en laat het bloedstaal en de patiënte vertrekken…

Een paar dagen later krijg ik het verrassende resultaat dat de Borrelia … positief is … De Ziekte Van Lyme dus… Verder onderzoek zal deze diagnose nadien bevestigen, ook al vinden we samen met de patiënte niet terug wanneer en hoe ze een tekenbeet gekregen heeft… Dus ja, veel van de infecties die wij zien, zijn banaal, maar niet allemaal…

Geplaatst in Alle rubrieken, Uit de Praktijk en getagd met , , .